Hoe werkt een MS?
Stoffen analyseren met een MS
Om een stof met de MS te kunnen analyseren, moet het in gasfase zijn. Vaste stoffen en vloeistoffen worden daarom eerst door verdamping in de gasfase gebracht. Met behulp van een vacuümpomp wordt het gasvormige monster daarna door het apparaat gezogen. Het monster passeert een aantal verschillende onderdelen.
1. Ionisatiekamer
Als eerste passeert het monster de ionisatiekamer. Hierin worden de moleculen, onder invloed van een zeer krachtig elektrisch veld, gebombardeerd met elektronen. Hierbij onstaat een eenwaardig positief ion: het molecuulion.
Het relatief instabiele molecuulion kan in brokstukken uiteenvallen. Dit proces wordt fragmentatie genoemd. De fragmenten die ontstaan zijn karakteristiek voor de structuur van het molecuul.
2. Versnelling
De gevormde fragmenten worden in een volgend onderdeel van de massaspectrometer versneld door middel van een elektrisch veld.
3. Magnetisch veld
De versnelde fragmenten komen vervolgens aan bij een magnetisch veld. Dit magnetisch veld zorgt er voor dat de fragmenten worden afgebogen. Ze gaan niet meer rechtdoor maar maken een bocht. De mate waarin ieder fragment-ion afbuigt is afhankelijk van de massa: de zwaarste ionen zullen het minst worden afgebogen.
4. Detectie
De ionen zijn nu gescheiden op basis van hun massa. De laatste stap is het detecteren. De intensiteiten van de gescheiden ionenbundels worden als functie van de massa geregistreerd. Hierdoor ontstaat een patroon, dat massaspectrum wordt genoemd.
Een massaspectrum is eigenlijk een afbeelding van de massa's van de geladen fragmenten, welke afkomstig zijn van het onderzochte molecuul. Het massaspectrum van pentaan.
Bron: https://www.aljevragen.nl/sk/analyse/ANA160.html